Mannetjesputter Fenacolius zorgde voor opbouw kerk Maassluis

Fenacolius is een bekende predikant uit Maassluis maar zijn naam doet in het Westland weinig belletjes rinkelen. Historicus Adri van Vliet spijkerde de kennis over deze workaholic en predikant bij tijdens een lezing voor het Genootschap Oud Westland op woensdag 17 april in de Ontmoetingskerk Naaldwijk.

Eigenlijk heette Fenacolius gewoon Jan Vennecool maar tijdens zijn studie theologie in Leiden verlatijnste hij zijn naam zoals in die tijd aan de universiteit gebruikelijk was. Vennecool werd in 1577 in Zevenhuizen geboren als zoon van een schoolmeester. Na zijn schooltijd ging hij naar de Latijnse school in Delft en daarna op 18-jarige leeftijd naar Leiden om daar verder te studeren. Kennelijk was de nood aan predikanten groot want de gemeente ’t Woudt deed al na zeer korte tijd een beroep op de als vlijtig bekend staande student.

Fenacolius ging niet in op het aanbod omdat hij nog te jong was. Twee jaar later nam hij echter een functie aan als conrector in Delft. Hij studeerde versneld af. In 1601 kwam er een nieuw beroep uit ’t Woudt en dit maal startte Fenacolius met veel energie zijn werkzaamheden. Naast preekvoorbereiding hield de jonge predikant zich bezig met dopen, het sluiten van huwelijken en veel tuchtzaken. Aan het eerste avondmaal onder Fenacolius namen vijftien gemeenteleden deel. De kerkelijke tucht was streng. Fenacolius ging overal langs om te kijken of er redenen waren om niet deel te nemen.

‘t Woudt

In zijn Woudtse tijd trouwde Fenacolius met een drie jaar jongere brouwersdochter uit Delft. Na zeven jaar in ’t Woudt verhuisde de dan 30-jarige predikant naar Maassluis. Zes jaar later kreeg hij een huis aan het Zuidvliet, waar zijn meeste kinderen werden geboren. Ook in Maassluis pakte Fenacolius de zaken energiek aan. Hij structureerde de vergaderingen van de kerkenraad en joeg de loslopende honden uit de kerk weg. Hij regelde dat niet de ambachtsheer Jacob van Egmond maar de kerkelijke gemeente de leden van de kerkenraad benoemde.

Fenacolius was ook de drijvende kracht achter de afscheiding van Maassluis van Maasland. In 1614 werd de acte van separatie getekend door raadspensionaris Johan van Oldebarnevelt. Maassluis kreeg de mogelijkheid te groeien als vissersplaats. Door al zijn maatschappelijke activiteiten is het de vraag hoe vaak Fenancolius thuis was bij zijn gezin. De predikant was ook nog lid van de classis Delft en een nog hogere kerkelijke vergadering in Zuid-Holland. ,,Hij was hooguit drie maanden thuis en de rest altijd op reis’’, luidde de conclusie van Adri van Vliet.

Uurwerk

Het kerkgebouw in Maassluis werd te klein voor de groeiende gemeente. Voor het in die tijd gigantische bedrag van fl. 1364,- werden twee galerijen aangelegd. Tijdens een dienst brak echter een balk met dodelijk gevolg. Het kerkgebouw is uiteindelijk in de jaren zeventig van de vorige eeuw afgebroken. De gemeente Maassluis heeft toen het uurwerk voor een bedrag van fl. 7000,- kunnen veilig stellen. Het bevindt zich nu het stadhuis van Maassluis. Na het ongeval werd besloten tot de bouw van een nieuwe grotere kerk op het schanseiland.

De kosten van de nieuwbouw bedroegen fl. 7000,- Omgerekend naar nu is dat € 950.000,-. Bij de Amsterdamse stadsarchitect Hendrick de Keyser werden bouwtekeningen besteld. Stadsbouwmeester Maarten Gillisz. van de Pijpen zorgde voor de uitvoering en Fenacolius bemoeide zich met elk detail. Op 16 oktober 1639 werd de kerk in gebruik genomen. De vrouw van Fenacolius maakte dit niet meer mee. Zij was kort tevoren overleden. Dat verhinderde de predikant niet om zelf de preek over psalm 122 uit spreken.

Dood vrouw

Ondanks het verlies van zijn vrouw bleef Fenacolius onvermoeibaar. Hij zorgde voor de oprichting van een College van de kleine visserij, een verzekering voor de nabestaanden van vissers, die niet meer terugkeerden van zee. Ook was de dominee wetenschappelijk actief. Hij verzorgde een vertaling van de civitate dei van Augustinus, die tot in de twintigste eeuw is geschreven. Daarnaast vertaalde de predikant het werk van de Griekse geschiedschrijver Polybius en schreef hij een Romeinse geschiedenis.

In de godsdiensttwisten  tijdens het twaalfjarig bestand probeerden Fenacolius en de kerkenraad de remonstrantse theoloog Arminius op een zijspoor te krijgen. De Maaslandse predikant Van Vliet sympathiseerde op zijn beurt weer met deze Arminius en beschuldigt Fenacolius. Deze zoekt steun bij andere orthodoxe predikanten met als resultaat dat de preekbevoegdheid van Van Vliet werd ingetrokken. Het theologisch conflict wordt uiteindelijk beslecht op de synode van Dordrecht. Remonstrantse predikanten krijgen de keuze tussen vertrek uit de republiek of het inleveren van hun preekbevoegdheid. ,,Fenacolius was een mannetjesputter op veel terreinen’’, concludeerde Adri van Vliet ,,Hij heeft een belangrijke bijdrage geleverd aan de Hervormde Kerk in Maassluis.’’

 

Mannetjesputter Fenacolius zorgde voor opbouw kerk Maassluis