Eind 2018 bedroeg het ledenaantal van het Genootschap 569, een toename van 3 vergeleken met 2017.
Het is een jaar geweest waar we terug kunnen kijken op een aantal activiteiten. Naast onze reguliere lezingen kunnen we terug zien op de presentatie van het boek ‘Buitenplaatsen in het Westland’ tijdens een feestelijke bijeenkomst op zaterdag 8 december in de Ontmoetingskerk in Naaldwijk.
Eindredacteur Martin van den Broeke benadrukte het unieke karakter van het boek. ,,De relatie tussen de tuinbouw en buitenplaatsen is nog nooit zo gedetailleerd beschreven’’. De heer René Dessing, directeur stichting Kastelen, Buitenplaatsen en Landgoederen, hield een korte lezing over het Hof te Honselersdijk.
Dit boek is de invulling van een lang gekoesterde wens en is met veel energie en aandacht van een keur aan auteurs tot stand gekomen. Door de goede tekst en de prachtige lay-out is het een bijzonder mooi en aantrekkelijk boek geworden.
Op zaterdag 15 september heeft de feestelijke presentatie plaats gevonden van het Historisch Jaarboek Westland 2018 in de recent gerestaureerde kerk van de Hervormde gemeente van Ter Heijde aan Zee. Na opening geeft de heer Ronald van der Spiegel een korte presentatie over De Zidde die gelegen heeft voor de huidige kustlijn bij Monster, waar een vissersgemeenschap leefde. Hij heeft daarover een artikel geschreven in het jaarboek, in aansluiting op zijn artikel in Historisch Jaarboek Westland 2014.
In het Jaarboek is een In Memoriam gewijd aan de heer Wim Kögeler (1924 – 2017), voorzitter van het Genootschap van 1977 – 1995, en aan de heer Aad Vijverberg (1933 – 2017), die veel onderzoek heeft gedaan en artikelen in diverse Jaarboeken heeft verzorgd. Daarom werden de eerste jaarboeken door wethouder P.A. Vreugdenhil van Cultuur overhandigd aan de heer Gert Kögeler (zoon) en aan mevrouw Mia Vijverberg-Jessen (echtgenote).
Vervolgens heeft de wethouder vertelt over de plannen van dit college op het gebied van cultureel erfgoed.
Ledenvergaderingen met lezingen
Dinsdag 13 februari werd de jaarvergadering gehouden in De Brug in ’s-Gravenzande, gevolgd door een lezing van de heer Gerrit Verhoeven. Goedkeuring werd verleend aan de Jaarrekening 2017 en de begroting 2018.
Gerrit Verhoeven, voormalig gemeentearchivaris van Delft – en ommeland, hield een lezing over ‘Delft en zijn ommeland van de middeleeuwen tot 1800’. Delft was tot het einde van de 18e eeuw een (voor die tijd) grote en machtige stad. Muren, poorten en bolwerken zorgden voor een strenge grens tussen stad en ommeland, tussen burgers en buitenlui. Maar de invloed van de stad hield niet op bij de poort. Delft vervulde een regiofunctie voor heel Delfland: bestuurlijk, juridisch, kerkelijk maar vooral economisch. De stad beheerste de infrastructuur van Leidschendam tot Delfshaven en van Berkel tot Maassluis. Delft investeerde fors in goede verbindingen en verdedigde die tot elke prijs. Ze waren namelijk van levensbelang voor de aanvoer van voedsel en brandstof naar de stad en de export van de hier gemaakte producten als bier en aardewerk. Boeren, tuinders en turfhandelaren uit de wijde omgeving waren afhankelijk van een goede verbinding met de stedelijke markt om hun producten te verkopen. Omgekeerd kochten zij daar artikelen die op het platteland niet beschikbaar waren. In deze lezing worden pakkende voorbeelden gegeven van de nauwe relatie tussen Delft en zijn ommeland door de eeuwen heen. Meestal waren de verhoudingen goed en hartelijk, maar soms ging het er hard aan toe.
Op goede wijze wist hij de aanwezigen te boeien met zijn lezing. De avond werd door circa 115 leden en belangstellenden bezocht.
Woensdag 11 april hielden in de Hoeksteen in Maasdijk archeoloog Tim de Ridder en amateurhistoricus Kees Nieuwenhuijsen een lezing over de Slag bij Vlaardingen.
Vlaardingen ligt dicht bij het Westland maar toch weten Westlanders doorgaans niet veel van deze stad aan de Nieuwe Waterweg. Slechts drie vingers gingen omhoog toen stadsarcheoloog Tim de Ridder tijdens zijn lezing vroeg wie op de basisschool heeft geleerd dat in 1018 de slag bij Vlaardingen plaats vond.
Tijdens deze slag op 29 juli 1018 versloeg de Hollandse graaf Dirk III een veel sterker leger van de Duitse keizer Hendrik II. De overwinning was het begin van een bloeiperiode van de stad. ,,In de 11de eeuw was Vlaardingen een van de weinige belangrijke steden in het graafschap Holland’’, zei De Ridder. ,,Tijdens de slag in 1018 stond er in Vlaardingen nog een kleine burcht maar die was tegen het einde van de eeuw gegroeid tot een echte versterking, een castrum. In 1231 had graaf Floris IV een hof te Vlaardingen en beschikte de stad over het koninklijk recht de wildernis in de omgeving te ontginnen.’’
In Vlaardingen hebben opgravingen plaats gevonden om tot meer kennis van deze tijd te komen waarover weinig bekend is uit schriftelijke bronnen. Nabij de Grote Kerk zijn 41 graven uit de periode 1000 tot 1050 gevonden. ,,De graven bevatten goed geconserveerde bot- en stroresten. Aan de hand daarvan hebben wij een gezichtsreconstructie kunnen maken’’, zei archeoloog De Ridder. ,,Ook zijn er drie schepen opgegraven, die in Vikingtraditie waren gebouwd. Het hout is waarschijnlijk afkomstig van Vikingen, die zich in Engeland hadden gevestigd.’’
Kees Nieuwenhuijsen schetste een beeld van het graafschap Holland als deel van Frisia, dat zich uitstrekte van de Weser in Duitsland tot het Zwin in Vlaanderen. Frisia behoorde tot het bisdom Utrecht en de bisschop bezat ook in de omgeving van Vlaardingen uitgebreide landerijen. De Utrechtse bisschop Adelbold kreeg het in de periode voor de slag bij Vlaardingen aan de stok met de Hollandse graaf Dirk III, die zich na ontginning als eigenaar van deze gronden bleef zien. De bisschop kreeg in april 1018 op de Rijksdag in Nijmegen de Duitse keizer Hendrik II aan zijn zijde toen ook handelaren uit Tiel zich bij de keizer beklaagden over de ‘illegale’ tol, die Dirk voor de doorgang over de rivier langs Vlaardingen had ingesteld.
Graaf Dirk weigerde op de landdag in te binden waarna de keizer een leger onder leiding van Godfried, de hertog van Neder-Lotharingen op hem afstuurde. Het keizerlijke leger telde tussen de 1000 en 3000 manschappen maar was geen partij voor het voor kleinere maar zeer gemotiveerde leger van graaf Dirk. Hoewel dit legertje slechts enkele honderden manschappen veelal boeren telde, wist het de veel minder gemotiveerde soldaten van de keizer te verslaan. Deze zetten het op een lopen na een onjuist gerucht dat hun aanvoerder op de vlucht was geslagen. Op 9 en 10 juni wordt de slag nagespeeld in de Broekpolder in Vlaardingen.
De lezing werd door circa 135 leden en belangstellenden bezocht.
Dinsdag 9 oktober hield de heer Peter de Krom een lezing in de Noviteit in Monster over de ‘Het ontstaan van de Atlantikwall en het effect daarvan op Hoek van Holland en met name het Westland.” Fotograaf Peter de Krom uit Hoek van Holland heeft een fascinatie voor bunkers uit de Tweede Wereldoorlog. Uit de grote opkomst bij zijn lezing bleek dat velen deze interesse delen.
De Krom heeft een groot archief opgebouwd met foto’s van de aanwezigheid van de Duitse Wehrmacht in Nederland. Er zijn veel foto’s uit de eerste jaren van de oorlog. ,,De Duitse militairen kwamen als een soort toerist naar Nederland’’, zei De Krom. ,,Het leger propageerde het bezit van een camera door de militairen. Ik koop nog steeds via internet foto’s, die door Duitse militairen zijn gemaakt.’’
De eerste oorlogsjaren waren voor de Wehrmacht bijna vakantie. In juni wordt de batterij Vineta aangelegd ter ondersteuning van de plannen voor een invasie van Engeland. De foto’s uit deze tijd geven een relaxt beeld: strandfoto’s van geklede en naakte soldaten. Andere foto’s laten soldaten met huisdieren zoals konijnen en varkens zien. Een winters kiekje toont een Duitser in een iglo. Vanaf 1942 veranderen de foto’s. De Duitsers beginnen met de bouw van de Neue Westwall. Zij graven zich in omdat de oorlog aan het oostfront het uiterste aan mankracht eist. Hoek van Holland en IJmuiden worden zwaartepunten in de Westwall. Later komen daar nog Den Helder en Walcheren bij. Hoek van Holland en IJmuiden kregen in 1944 de militaire status van Festung en werden voorzien van bunkers van het type 608.
Er zijn al veel bunkers verdwenen maar er zijn ook veel restanten van de Atlantikwall in het landschap behouden gebleven. Peter de Krom is voorzitter van de stichting Stelling 33, die zich inzet voor het behoud van de weerstandspost bij de Oranjesluis in Maasdijk. ,,Wij kunnen paden aanleggen langs de bunkers in de Maasdijk met beton dat is vrijgekomen van de sloop van andere bunkers’’, zei De Krom. ,,Bedrijven kunnen bijvoorbeeld een vierkante meter beton sponsoren. Het is mogelijk vaartochten te houden over de tankgracht en bij aanlegsteigers uit te stappen. Bij de bunkers kan dan een klein terrasje met een foodtruck komen om iets te nuttigen.’’
De zaal van de Noviteit in Monster was met 190 bezoekers tot de laatste plaats gevuld.
De laatste lezing van dit jaar was op woensdag 12 december in De Rank in De Lier en werd gegeven door prof. Frits van Oostrom over ‘Nobel Streven. Het onwaarschijnlijke maar waargebeurde verhaal van ridder Jan van Brederode.’ Professor van Frits van Oostrom won de Libris geschiedenisprijs 2018 met zijn boek Nobel Streven.
Hooggeboren maar tragisch geëindigd in een massagraf na de slag bij Azincourt. Zo vatte Van Oostrom het leven van Jan van Brederode samen. Hij werd in 1372 geboren op kasteel Santpoort als zoon van Reinoud van Brederode, die behoorde tot een van de vier belangrijkste adellijke families van Holland. Toen hij 18 jaar oud was, overleed zijn vader en werd Jan de 7de heer van Brederode. Hij had er belang bij snel te trouwen en kinderen te krijgen. Bij kinderloosheid zou het hele familiebezit bij overlijden in handen van de graaf van Holland vallen’’, zei Van Oostrom. Er kwam een gearrangeerd huwelijk met Johanna van Abcoude tot stand, dat kinderloos bleef.
De vader van Johanna wist wat zijn dochter waard was en stelde strenge financiële eisen. Jan werd verplicht om jaarlijks een grote som contanten te betalen aan zijn schoonvader, die niet schuwde juridische procedures te starten om zijn geld binnen te halen. Jan en Johanna besloten vanwege kinderloosheid hun huwelijk te ontbinden. Volgens de katholieke kerk is dit alleen toegestaan bij een kloosterroeping. Jan trad terug als heer van Brederode en zijn broer Walraven werd de nieuwe heer.
Jan werd monnik bij de Kartuizers, een zeer strenge kloosterorde met vegetarische maaltijden. ,,Alleen op donderdag werd er een ei gegeten bij het water en het brood,’’ zei Van Oostrom. Hij heeft dit leven slechts zeven jaar volgehouden. Om de tijd door te komen vertaalde hij in het klooster het Franstalige traktaat Somme de Roi in het Nederlands: Des Coninx summe. Door de aanvullingen van Van Brederode geeft de tekst een mooie inkijk in de leefwereld van de Middeleeuwer.
Na het overlijden van zijn schoonvader in 1410 en bevrijd van zijn knellende financiële verplichtingen verliet Van Brederode het klooster. Rustig werd zijn leven niet. Hij bood de Engelse koning zijn diensten als krijgsheer aan. Deze wees hem de les. Van Brederode was weggelopen uit het klooster en daarom niet welkom in het Engelse leger, dat in Frankrijk vocht tijdens de honderdjarige oorlog. Hij ging vervolgens vechten aan de Franse kant. In 1415 leed het veel grotere Franse leger in Azincourt niet ver van de kanaalkust een nederlaag tegen de binnengevallen Engelsen. Brederode kwam daarbij om het leven.
Van Oostrom had in De Lier 150 toehoorders
Bedrijfsbezoek
Er werd een bezoek gebracht aan een bedrijf met een Westlandse historie. Op 16 en 30 mei werd Beekenkamp Plants in Maasdijk bezocht. Vanwege de grote belangstelling is het tot een tweetal bezoeken gekomen.
We werden ontvangen met een kopje koffie of thee met daarbij een heerlijke versnapering.
Het bezoek startte met een lezing over de historie van het familiebedrijf door directielid Annie Beekenkamp, oudste dochter van de oprichter. Zij vertelde over de begintijd en de groei van dit familiebedrijf. Govert Beekenkamp begon in Maasdijk als groenteplantenkweker maar zocht meer uitdaging. Bij de bank vroeg hij om contact met hem op te nemen als er een bedrijf te koop was. Die kans deed zich al snel voor. ,,Een bedrijf aan de Oude Campsweg liep niet goed’’, zei Annie Beekenkamp. ,,Mijn vader heeft het bedrijf toen overgenomen. Er werkten zestig mensen, die al maanden geen salaris meer hadden gehad. Mijn vader is toen met dertig mensen verder gegaan. Deze kregen duizend gulden voorschot op hun salaris. Op deze wijze kreeg mijn vader veel goodwill bij het personeel.’’
,,Mijn vader had een goede neus om de juiste mensen op de juiste plaats neer te zetten’’, zei Beekenkamp over de groei van het bedrijf, dat in de jaren negentig in een stroomversnelling terecht kwam. ,,Hij zette locaties voor chrysantenstekken op in Oeganda en Ethiopië. Deze keuze was ingegeven door een mix van goedkope arbeid en het klimaat waardoor er weinig kosten voor energie zijn. Mijn vader kreeg een aanbod Novaplant over te nemen. Dit bedrijf rendeerde toen nog goed maar wist dat de toekomst moeilijk was. De locaties in Frankrijk hebben wij nog steeds.’’
De ontwikkelingen in de veredeling gingen door. ,,Toen wij Lyraflor overnamen hadden wij nog geen eigen rassen’’, zei Beekenkamp. ,,Wij merkten dat de markt veranderde en hebben Delta Stek overgenomen. Het geheel werd samengevoegd tot Deliflor. Sinds die tijd is alles wat wij via Deliflor afleveren eigen ras. In 2000 heb ik samen met mijn zus Margriet de aandelen van het bedrijf overgenomen. Ik werkte al op het bedrijf en dacht: wat hier gebeurt, dat kan ik ook. Ik ben onder andere verantwoordelijk voor de werkmaatschappijen van de Beekenkamp Groep.’’
Maatschappelijke erkenning kwam er toen de Beekenkamp Groep in 2015 door de Hillenraad 100 werd uitgeroepen tot het familiebedrijf van het jaar. Het bedrijf onderscheidt zich in maatschappelijk ondernemen door goed doelen niet met geld, maar met diensten te steunen.
Na deze toelichting op de historie van het bedrijf volgde een rondleiding en de middag werd afgesloten met een hapje en een drankje.
Bestuursvergaderingen
Het bestuur vergaderde zes keer, namelijk op 8 januari, 12 maart, 22 mei, 19 juni, 10 september, en 30 oktober.
De samenstelling van het bestuur is ongewijzigd gebleven:
- W. van den Bos Czn, voorzitter, voorzitter@oudwestland.nl
- L.M. Valstar, secretaris, secretaris@oudwestland.nl
- A. Moor, penningmeester
- L. Badoux – Grootscholten
- H.I.M. Groenewegen
- F. de Klerk, communicatie en pr, info@oudwestland.nl
- A. Vermeer, ledenadministratie
Jaarboek en Publicatiecommissie
Op zaterdag 16 september heeft in de kerk van de Hervormde gemeente van Ter Heijde aan Zee de presentatie plaats gevonden van het 31e jaarboek. ‘Historisch Jaarboek Westland 2018’.
De publicatiecommissie bestaat uit G. Gunneweg-van Zeijl, H.I.M. Groenewegen, G.C.L. van Gaalen en L.J.M. van den Ende als voorzitter.
Ledenbestand
In het verslagjaar 2018 nam opnieuw het ledental toe.
Het aantal aanmeldingen bedroeg 35 leden. Het aantal opzeggingen/uitschrijvingen bedroeg 32 leden. Op 31 december 2018 hadden we in totaal 569 leden.
We betreuren het overlijden van een viertal leden, te weten:
- Mevrouw E.A. Westbroek – Westbroek, Naaldwijk
- De heer J.G. van Rijn, Leidschendam
- De heer C.M. Gerrets, Hoek van Holland
- De heer J.W.M. Gardien, Wateringen
Leen M. Valstar, secretaris