Geïnteresseerden in de geschiedenis van het Westland kunnen hun hart weer ophalen. Het Genootschap Oud-Westland heeft immers zojuist zijn Historisch Jaarboek 2013 uitgebracht. Een scala van historische bijzonderheden. Opgetekend door een zevental historisch onderlegde schrijvers. Handelend onderwerpen waarover de lezer mogelijk altijd al het fijne van heeft willen weten. Daar krijgt hij nu de kans voor.
Zo weet hij wellicht dat ’s-Gravenzande dan wel het ‘breeje durp’ genoemd wordt eigenlijk is het een stad. Tegelijk met Delft krijgt het in 1246 stadsrechten. Maar terwijl Delft zich al in de Middeleeuwen weet te ontwikkelen tot een grote stad, blijft ’s-Gravenzande ver achter. Peter Smit, de archivaris van het Historisch Archief Westland, heeft de geschiedenissen van Delft en ’s-Gravenzande naast elkaar gelegd. Daarbij komen overeenkomsten, maar ook verschillen aan het ligt. In Delft zijn het meer de inwoners, die de stadsrechten hebben weten te verwerven, ’s-Gravenzande heeft ze gekregen door toedoen van de gravin-weduwe Machteld van Brabant. Om zich een voorstelling te maken van hoe ’s-Gravenzande er in de twaalfde, dertiende eeuw uitziet, beschrijft Smit beeldend dat voor de kustlijn, die dan van Monster langs Naaldwijk loopt een langgerekte zandbank ontstaat. Die is aanvankelijk gescheiden door een brede Maasarm, die later echter verzandt. Op die zandbank ontstaat een nederzetting. Die heet Harena Comitis (zandplaat van de graaf). En zo ontstaat de naam ’s-Gravenzant, die in 1175 voor het eerst in de documenten voorkomt. Door het recht op onontgonnen grond (wildernisregaal) komt Graaf Willem II in het bezit van dit gebied. Samen met zijn moeder Machteld probeert hij dat met succes watervrij te maken door de aanleg van dijken. Zo weten ze deze domeingronden te ontginnen voor het verwerven van een basisinkomen.
Continue reading “Verleden herleeft in jaarboek 2013” →