Westlandse kastelen en hun adellijke families

De stoelen moesten worden bijgesleept tijdens de lezing van streekhistoricus Harry Groenewegen uit Naaldwijk op 19 april in het zalencentrum Hemelsblauw te Honselersdijk. De zaal was tijdens de lezing over ‘Westlandse kastelen en hun adellijke families’ met 140 bezoekers tot de laatste plaats gevuld.

Groenewegen omschreef eerst de grenzen van het Middeleeuwse gebied Westland en definieerde het begrip ‘kasteel’. Een kasteel moet aan twee criteria voldoen. Het moet door een gracht omringd worden én het moet verdedigbaar zijn. Een stenenkamer, zoals Madestein en de Vlietwoning vallen daarom buiten deze omschrijving.

Op basis van deze definitie en de geografische begrenzing concludeerde Groenewegen dat in het Westland tussen 1000 en 1600 zeventig kastelen gestaan hebben. De kastelen zijn voornamelijk te vinden op de zandgronden en in de veengebieden op klei. Hun precieze locatie is doorgaans te achterhalen door bestudering van diverse kaarten.

Prenten

Op acht Westlandse kastelen werd dieper ingegaan. Groenewegen gaf aan de hand van kaarten weer waar ze gelegen hebben en met behulp van prenten hoe ze eruit gezien hebben. Zo blijkt dat Honselersdijk een motte kasteel was en dat het kasteel op de Hoge Woerd een oprijlaan met duiventoren kende. Een mottekasteel is een hoogmiddeleeuws, veelal torenvormige versterking op een motte, een afgeplatte aangelegde aarden heuvel.

Het kasteel Polanen in Monster aan de Madeweg kende een roerige geschiedenis. Tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten werd het twee keer beschadigd en zelfs verwoest. Keenenburg te Schipluiden, gebouwd door Philips de Blote, had een hoofdburcht, voorburcht en een keukentuin op de voorburcht. Honselersdijk bestond ook uit een hoofdburcht met een keukentuin en voorburcht.

Vechten en feesten

Groenewegen sprak uitvoerig over de levenswijze van de adellijke families. Naast het bestieren van het land en vechten hielden ze zich ook bezig met het houden van feesten, vissen in de gracht, ’s winters schaatsen op de gracht. Daarnaast lieten rijke families, zoals leden van de familie van Naaldwijk, zich portretteren. Kopieën van deze portretten zijn te zien in het koor van de Oude kerk in Naaldwijk. Ze gaven ook geld aan kerk en kloosters.

Deze families brachten niet al hun tijd door op het kasteel. Regelmatig waren ze te vinden in de stad o.a. in Delft, Den Haag en Leiden. De Heren van Naaldwijk hadden een stadskasteel aan de Kneuterdijk te Den Haag. Het vermoeden bestaat dat zij ook een woning bezaten aan het huidige Wilhelminaplein te Naaldwijk.

De lezing heeft de toehoorders extra nieuwsgierig gemaakt naar het boek over Westlandse kastelen dat eind 2024 zal uitkomen.

Westlandse kastelen en hun adellijke families