Conservator Ton Immerzeel verlaat na 33 jaar het Westlands Museum. Hij gaat met pensioen en zal het museum van gepaste afstand blijven volgen. Vanwege zijn vertrek vond op 4 juni een symposium plaats in het de Hooiberg van het museum. Sprekers waren de historici Jacques Moerman uit Schipluiden en Gerrit Verhoeven uit Delft.
Ton, als historicus opgeleid aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, heeft zich verdienstelijk gemaakt door zijn zeer brede belangstelling en wel voor monumenten, archeologie, geschiedenis, kunst, fotografie. Hij beschikt over grote kennis op het gebied van de lokale en vaderlandse historie. Zijn artikelen, tentoonstellingen en bijdrage aan boeken getuigen van een grote kennis, het zien van verbanden en met veel oog voor saillante details. Daarbij dient opgemerkt te worden, dat de vele door hem gemaakte tentoonstellingen door hem zelf zijn ontwikkeld zijn zonder een opleiding daarvoor.
,,Ton Immerzeel heeft belangstelling voor archeologie, historisch onderzoek, beeldmateriaal en de verhouding naar het heden’’, begon Jacques Moerman zijn bijdrage over kasteel Keenenburg in Schipluiden. Op de plaats van dit kasteel hebben de laatste decennia talloze archeologische opgravingen plaats gevonden. Zoals bekend heeft Ton Immerzeel het doctoraal bijvak archeologie gevolgd en heeft de archeologie altijd zijn belangstelling behouden.
In de middeleeuwen woonden er drie adellijke geslachten op Keenenburg: Van Dorp, De Blote en Van Egmond. Philip van Dorp was getrouwd met een bastaarddochter van graaf Willem VI en bekleedde het ambt van schout van Delft. Van Philips de Blote, die het kasteel vanaf 1411 pachtte, sloopte een deel van het oude kasteel. Op de vrijgekomen ruimte bouwde hij een nieuw omvangrijk kasteel met hoofdburcht.
Fundamenten
Moerman illustreerde met lichtbeelden de omvang van het kasteel aan de hand van de opgraven fundamenten. De lengte van het kasteel bedroeg 120 meter. De eigenaar van de grond, een tuinder toevallig ook Van Dorp geheten, vond in 1966 de eerste stenen. Hij verkocht de aangetroffen kloostermoppen. Later werden de opgravingen professioneel ter hand genomen door de bekende archeoloog Eppo Bult.
Na het geslacht De Blote kwam Keenenburg in 1460 door een huwelijk in handen van de Van Egmonds. Een van de meest vooraanstaande Van Egmonds is Otto van Egmond (1522-1586). Hij riep vanuit zijn positie als Hollandse edele Willem van Oranje in 1572 op om de opstand tegen Spanje te komen leiden. In 1576 ondertekende hij mede namens de staten van Holland de pacificatie van Gent. Na de moord op Willem van Oranje was hij dagelijks aanwezig in de Prinsenhof en leidde hij een groep edelen bij de begrafenis van Willem van Oranje in Delft. Zijn zoon Jacob maakte een indrukwekkende militaire carrière en volgde zijn vader op in de staten van Holland. Hij bewaakte het geld van de staten. In de loop der eeuwen raakte kasteel Keenenburg in verval en werd in 1798 gesloopt. Het toegangshek bleef staan maar werd in de vorige eeuw verplaatst naar Villa Sonnenburch in Wassenaar.
Machtige vrouwen
Gerrit Verhoeven, oud archivaris van Delft, hield een lezing over machtige vrouwen in de 13de eeuw. Die vrouwen waren Machteld, de weduwe van graaf Floris IV, die in 1246 stedenrecht verleende aan haar woonplaats ’s-Gravenzande, haar dochter Aleid, die Schiedam stadsrechten gaf en Ricardis, de zus van graaf Floris en schoonzus van Machteld. Deze gravin Machteld was 24 jaar weduwe en ontwikkelde zich tot een dame van statuur, die haar stempel op de regio drukte.
De opkomst van Schiedam is een ander verhaal. De stad ligt aan de monding van de rivier de Schie en Aleid wist gedaan te krijgen dat Floris V de stad vrijstelling van tol verleende. Vervolgens regelde zij zelfstandig stadsrechten. De schoonzus van Machteld, Ricardis zorgde in Delft voor de bouw van het klooster Conincksvelt, dat werd bediend door de Norbertijnen van Mariënweerd in de Betuwe. Zij werd er na haar leven ook begraven. De reformatie bracht de afbraak van dit klooster.