Herdenking Slag bij Vlaardingen 1018
Vlaardingen ligt dicht bij het Westland maar toch weten Westlanders doorgaans niet veel van deze stad aan de Nieuwe Waterweg. Slechts drie vingers gingen omhoog toen stadsarcheoloog Tim de Ridder tijdens een lezing voor het Genootschap Oud Westland vroeg wie op de basisschool heeft geleerd dat in 1018 de slag bij Vlaardingen plaats vond.
Tijdens deze slag op 29 juli 1018 versloeg de Hollandse graaf Dirk III een veel sterker leger van de Duitse keizer Hendrik II. De overwinning was het begin van een bloeiperiode van de stad. ,,In de 11de eeuw was Vlaardingen een van de weinige belangrijke steden in de graafschap Holland’’, zei De Ridder. ,,Tijdens de slag in 1018 stond er in Vlaardingen nog een kleine burcht maar die was tegen het einde van de eeuw gegroeid tot een echte versterking, een castrum. In 1231 had graf Floris IV een hof te Vlaardingen en beschikte de stad over het koninklijk recht de wildernis in de omgeving te ontginnen.’’
In Vlaardingen hebben opgravingen plaats gevonden om tot meer kennis te komen van deze tijd waarover weinig bekend is uit schriftelijke bronnen. Nabij de Grote Kerk zijn 41 graven uit de periode 1000 tot 1050 gevonden. ,,De graven bevatten goed geconserveerde bot- en stroresten. Aan de hand daarvan hebben wij een gezichtsreconstructie kunnen maken’’, zei archeoloog De Ridder. ,,Ook zijn er drie schepen opgegraven, die in Vikingtraditie waren gebouwd. Het hout is waarschijnlijk afkomstig van Vikingen, die zich in Engeland hadden gevestigd.’’
Kees Nieuwenhuijsen schetste een beeld van de graafschap Holland als deel van Frisia, dat zich uitstrekte van de Weser in Duitsland tot het Zwin in Vlaanderen. Frisia behoorde tot het bisdom Utrecht en de bisschop bezat ook in de omgeving van Vlaardingen uitgebreide landerijen. De Utrechtse bisschop Adelbold kreeg het in de periode voor de slag bij Vlaardingen aan de stok van de Hollandse graaf Dirk III, die zich na ontginning als eigenaar van deze gronden bleef zien. De bisschop kreeg in april 2018 op de Rijksdag in Nijmegen de Duitse keizer Hendrik II aan zijn zijde toen ook handelaren uit Tiel zich bij de keizer beklaagden over de ‘illegale’ tollen, die Dirk voor de doorgang over de rivier langs Vlaardingen inde.
Graaf Dirk weigerde op de landdag in te binden waarna de keizer een leger onder leiding van Godfried, de hertog van Neder-Lotharingen op hem afstuurde. Het keizerlijke leger telde tussen de 1000 en 3000 manschappen maar was geen partij voor het voor kleinere maar zeer gemotiveerde leger van graaf Dirk. Hoewel dit legertje slechts enkele honderden manschappen veelal boeren telde, wist het de veel minder gemotiveerde soldaten van de keizer te verslaan. Deze zetten het op een lopen na een onjuist gerust dat hun aanvoerder op de vlucht was geslagen. Op 9 en 10 juni wordt de slag nagespeeld in de Broekpolder in Vlaardingen.